Je hebt de volgende soorten vulkanen:

• spleetvulkaan
• schildvulkaan
• stratovulkaan (samengestelde vulkaan)
• calderavulkaan

De spleetvulkaan is een vulkaan die kan ontstaan bij divergentie, dat wil zeggen dat er 2 platen uit elkaar bewegen. De lava die uit de aarde verspreidt zich door de spleet en zo ontstaat de spleetvulkaan. Spleetvulkanen komen normaalgesproken alleen voor in de zee, maar op IJsland (als enige in de hele wereld) komen ze ook voor.

De schildvulkaan is een vulkaan die ontstaat bij hotspots (meer uitleg: zie uitleg hoe is IJsland ontstaan?) De magmakamer vult zich helemaal met lava totdat de druk zo hoog is dat er een uitbarsting plaatsvind. Omdat de magma heel dun en heet is vreet het de zijkanten van de kraterpijp helemaal schoon. Hierdoor vinden bij een uitbarsting weinig tot geen explosies plaats.

De stratovulkaan is een vulkaan die bestaat uit lagen gestolde lava, as en steen. Stratovulkanen is de meest voorkomende soort vulkanen en ze zijn hoog en kegelvormig. Ze ontstaan bij convergentie (1 plaat schuift onder de ander plaat door). Dan wordt de druk veel hoger, want het uiteinde van de plaat wordt zo heet (hij zit diep in de aarde) dat hij in magma verandert. Doordat de druk zo hoog is ontstaat er een hele hoge vulkaan. 

Calderavulkanen zijn meestal oude vulkanen. Ze ontstaan doordat het dak/de bovenkant van een vulkaan in elkaar stort en in de magmakamer valt. Doordat de bovenkant de magmakamer afsluit zijn Calderavulkanen meestal niet meer actief. Er kan een kratermeer ontstaan in de zogehete “caldera”.